Mercedes Hernandez
Atlas Copco is nog maar het tweede bedrijf waar Mercedes aan de slag ging. Ze startte met ingenieursstudies omdat ze op haar zeventiende al niets minder wou dan de wereld veranderen, vertelt ze met een lach. ‘Want technologie kan de wereld vooruithelpen en ik hou ervan om mensen en bedrijven te laten groeien en teams te helpen zo goed mogelijk te worden om hun beoogde doel te behalen. Om ze elke dag te laten genieten van en bijdragen tot iets groters dan henzelf.’
Na haar studies in Madrid begon ze als consultant te werken: ze hielp industriële bedrijven bij het halen van hun doelen op het vlak van innovatie en financiën. Bij toeval ontdekte ze daarbij Atlas Copco en raakte gefascineerd door het ‘innovatie-dna’, de wereldwijde schaal en de cultuur die binnen de onderneming heerst. Ze startte in de vestiging in Madrid, het Customer Center, waar zij en haar collega’s de klanten hielpen vanuit sales- maar ook service-perspectief. Als allereerste vrouwelijke Sales & Product Manager vond ze het boeiend om het hele land af te reizen en klanten te gaan helpen met oplossingen voor hun problemen. Deze voldoening kwam vanuit haar achtergrond als ingenieur, maar ook door het commerciële aspect van de job en het werken met mensen, want anderen helpen hun doelen te behalen is altijd haar drijfveer geweest.
Van Spanje naar Antwerpen
De evolutie naar haar huidige functie volgde diezelfde drijfveer: nieuwsgierigheid – meer kennis, en meer bereiken. Mercedes bezocht voor haar job vaak het Antwerpse hoofdkantoor van Atlas Copco Compressors, waar ze naar eigen zeggen heel interessante collega’s ontmoette
‘Er was een vacature voor een Global Project Manager en aangezien ik op dat moment single was, zag ik het helemaal zitten om andere mensen, andere culturen, andere markten te leren kennen. Dus vervoegde ik het team van de Industrial Air Division, waar ik de mechanismen achter de onderneming kon leren kennen. Ik stond op de eerste rij bij klanten en mijn rol was om samen met de collega’s het bedrijf op één lijn te brengen met de noden van de klant via productie, aankoop en engineering. Het onderzoeken van de voordelen van nieuwe producten die ze zouden moeten binnenhalen, hoe ze dit allemaal konden realiseren, bijvoorbeeld.’ Dit deed ze door haar ingenieurspet op te zetten. Maar ze bleef nieuwsgierig naar meer, en toen ze Marketing Manager voor de Multibrands werd, keek ze ernaar uit om meer te weten te komen over strategie en brand value en hoe je deze merkwaarde opbouwt. Vooral de product packages voor verschillende groepen klanten leken haar interessant. Ook deze ervaring vond ze geweldig: ‘Omdat we naast Atlas Copco zelf nog 17 andere merken hadden, verdeeld over 4 groepen, waarvoor we value propositions uitbouwden. Dit werd dan mijn tweede functie in België.’ Destijds werd er een nieuw bedrijfsonderdeel uitgebouwd, rond bouwtechniek – ook weer in Antwerpen. Het leek Mercedes interessant om dit nieuwe onderdeel, dat ook een service-afdeling omvatte, mee vorm te geven. ‘Ik werd Vice President voor de dealer management, op het gebied van distributiekanalen en gerelateerde organisatie en communicatie, wat ik ook weer uiterst boeiend vond om te doen. Maar na een tijdje miste ik het contact met de klanten in een customer center, zoals in Spanje, en het opbouwen en laten groeien van een organisatie.’
Van Antwerpen naar Zwitserland...
Het werd dus weer iets nieuws: ze verkaste samen met haar echtgenoot naar Zwitserland om er te gaan werken als General Manager & Managing Director voor de Zwitserse tak van Atlas Copco. ‘Dat was ook weer heel leuk: weer een nieuwe cultuur, en leren hoe het erg gedecentraliseerde Atlas Copco erin slaagde de eigen cultuur en de lokale cultuur perfect met elkaar in overeenstemming te brengen. Met mijn ervaring op divisie-niveau kon ik bijdragen tot het lokale niveau, wetende dat ik ooit in hun schoenen stond. Dit ging heel goed en ik beleefde er heel wat belangrijke leermomenten: ik kon werken met klanten, uitdagingen aangaan en helpen bij overgangsprocessen bij een organisatie die al decennialang nauwelijks was veranderd. Dus ook op dat vlak was er werk aan de winkel, om het bedrijf klaar te stomen voor toekomstige uitdagingen.
En weer terug naar Antwerpen
Hierna kwam Mercedes terug als Vice President Marketing High Pressure in de Oil Free Air Divisie. Ze wilde in haar zoektocht naar nieuwe dingen meer strategisch gaan werken, aan de visie en doelen van het bedrijf. Dit bracht een hele verandering teweeg, zegt ze: ‘Nu, na 4 jaar, zitten we in een global scale-up: het gaat allemaal naar één punt toe. Met de wereldwijde energietransitie in het vooruitzicht werken we heel hard aan waterstof als energiebron om de planeet vooruit te helpen. Dit kunnen we allemaal doen omdat we in het grotere doel geloven.’ Ze vat haar carrière zelf zo samen: ‘Mijn reis tot nu toe werd altijd gedreven door diezelfde nieuwsgierigheid.’
Aanpassen
We zijn benieuwd hoe moeilijk het was om Mercedes’ man te overtuigen mee te verhuizen naar het buitenland, rekening houdend met zijn eigen carrière als Production & Engineering Manager, die heel complexe projecten en speciale afdelingen onder zijn hoede nam. De beslissing kwam er gezamenlijk, en ook geleidelijk: ‘Ik wou General Manager van een land worden, waardoor verhuizen logisch leek. We kennen elkaars wensen op professioneel gebied en hij moedigde me aan om dit te gaan doen, hoewel ik zelf twijfelde of dit wel goed was voor zijn eigen carrière. Maar hij had het volste vertrouwen in de flexibiliteit van de markt en wist dat hij wel iets nieuws zou vinden: zijn soort functies worden overal in Europa gevraagd, dus dat kon geen probleem zijn. Maar het belangrijkste zijn onze persoonlijke noden, en we begrijpen elkaar daarin: ik wil dat hij ook succesvol is, dus als hij in zijn job ergens mee zit, zorg ik voor hem. Het gaat over: wat maakt jou gelukkig? Niet zozeer over tijd. Het zit dieper dan wat tijd samen doorbrengen en afspreken hoe er gereisd wordt: het gaat om voor elkaar zorgen en dingen gedaan krijgen. Ik wou altijd een goede leider zijn, dus als ik er thuis niet in zou slagen om onze carrières op de rit te houden, zou ik niet tevreden zijn.’
Moeder en zoon op vriendenjacht
Wat vond hun zoontje eigenlijk van die verhuizingen? ‘We moesten ons alle drie aanpassen. In Zwitserland sprak hij Duits , met mij Spaans en Nederlands en een beetje Engels met mijn man, dus toen we terug waren in Antwerpen moest hij opnieuw vlotter Nederlands leren spreken. Hij was in het begin een stuk stiller toen ik hem naar school bracht dan thuis. Hij hield zich blijkbaar liever op de vlakte omdat hij zich niet sterk genoeg voelde in de taal. We hebben dan ook gekozen voor een lokaal schooltje, wat perfect was voor hem om opnieuw goed in Nederlands te worden, maar ook om nieuwe vriendjes te maken nadat hij zijn Zwitserse had moeten achterlaten.’ Het was een moeilijk proces, maar Mercedes en haar man ondersteunden hun zoontje hierin zonder hem ergens toe te dwingen, omdat ze begrepen dat het voor zo’n jong kind allesbehalve makkelijk was. ‘We vroegen ons hardop af: hoe kunnen wij – dus ook mama – hier vriendjes maken? Ik speelde toevallig tennis en werd uitgenodigd voor een toernooi, waar ik nieuwe mensen kon leren kennen. Ik zei dan tegen mijn zoontje dat hij maar hetzelfde moest doen: ook hij kon bij de club komen en vriendjes maken.’ En het werkte: moeder en zoon mepten zich algauw een vriendenkring bij elkaar
Happy mum, happy child
Welk advies heeft ze voor moeders met een carrière en een bijbehorend schuldgevoel. Dat vindt ze een mooie vraag, want in tegenstelling tot de meeste vrouwen heeft zij het zichzelf op dat vlak nooit moeilijk gemaakt, geeft ze toe. ‘Mijn advies zou zijn: zorg dat je jezelf bent, en dat je gelukkig bent. Mijn zoon vraagt dit ook altijd: hij wil dat ik gelukkig ben, en dat ik mezelf blijf. En ik geloof hem. Ik kan hem niet elke dag naar school brengen en daar klaag ik wel eens over, maar blijkbaar vindt hij het juist leuk om door andere familieleden naar school gebracht te worden. Maar ik probeer er wel altijd bij te zijn op belangrijke momenten.’ Perfectie bestaat voor Mercedes niet: ze gaat altijd uit van de vraag wat haar zoontje nodig heeft. Stereotypen zijn nergens voor nodig, want iedereen ziet succes anders, en daar moet je naar leven, zegt ze. ‘En wat is perfectie op carrièregebied? Ik wil succesvol zijn met mijn team en het laten groeien. Door dik en dun. Is dat perfect? Nee, want perfect is voor iedereen iets anders. Het moet perfect zijn voor joú.’ Het draait allemaal rond communicatie en samen oplossingen zoeken, concluderen we. En trouw blijven aan je eigen waarden – niet proberen iemand anders te zijn maar kijken hoe je kunt bijdragen aan het leven van anderen. Het komt erop aan om je waarden in overeenstemming te brengen met je privé- en je professionele omgeving.
De 5 pijlers van D&I
Inclusie is bij Atlas Copco geen window dressing maar een echte doelstelling .
Ze vindt het zelf een heel fascinerend onderwerp en is blij als ambassadrice op te treden voor het Diversity & Inclusion-programma van het bedrijf. Haar business unit steunt hiervoor op 5 pijlers: bewustwording, aantrekking van werknemers, aanwerving, werknemersbehoud en ontwikkeling. Binnen elk van deze pijlers organiseert de BU een hele resem activiteiten om de uitdagingen het hoofd te bieden. Want wanneer het aantal vrouwen heel laag ligt, zijn die uitdagingen er zeker, en het bewuster worden van de voordelen van diversiteit – genderdiversiteit in het bijzonder – is daarbij een belangrijk focuspunt. Mercedes vertelt: ‘Er moet duidelijk worden gemaakt waarom en hoe het bedrijf van meer diversiteit zou profiteren, en hetzelfde geldt voor onze werknemers, stakeholders en klanten. Een van de topics is bijvoorbeeld onbewuste vooroordelen, en we organiseren trainings om de mensen de ogen te openen en de dialoog te stimuleren. Dat voor wat de awareness betreft. Voor het aantrekken van talent doen we veel via onze employer branding, want dat is bij ingenieurs wel nodig. Ik hoor altijd dat hier geen vrouwelijke ingenieurs werken omdat die er niet zijn. Maar in mijn studententijd in Spanje was 30% van onze klas vrouwelijk – dat is helemaal niet weinig. Veel van mijn vriendinnen zijn zelfs aan het werk als ingenieur. Het zijn inderdaad geen massa’s, maar er zijn er wel degelijk genoeg. Dus moeten we ze gaan zoeken voordat ze de kans krijgen voor een andere soort loopbaan te kiezen, dus nog voordat ze hun scriptie indienen.’ Ook dat is iets dat deels met employer branding opgelost kan worden. Voor de derde pijler, de aanwerving, is de manier waarop Atlas Copco zijn vacatures uitschrijft van groot belang: ze moeten ook aantrekkelijk zijn voor dames. Bij werknemersbehoud (retention, nvdr) is het van belang om de bedrijfscultuur aan te passen aan de aanwezigheid van vrouwen in het ingenieurswezen. ‘We moeten ervoor zorgen dat vrouwen zowel als mannen hier kunnen floreren. Doen we dat niet, dan kun je ze wel aantrekken, maar zul je ze niet kunnen overtuigen om te blijven. Vandaar dat we veel inspanningen doen om ze te laten blijven en hun de gelegenheid bieden zich te ontwikkelen, zodat we een heel competente populatie krijgen van mannen en vrouwen, die we de nodige kansen bieden. We zorgen ervoor dat ze promotie kunnen krijgen, dat hun meerwaarde en bijdrage op prijs worden gesteld, enzovoort.’ Volgens Mercedes kun je niet één van de pijlers laten vallen: als je het hele proces niet duurzaam aanpakt, zal het geen lang leven beschoren zijn. Je moet naar een doel toe werken en geen enkele stap overslaan.
Vrouwen, pak je podium!
We stellen een beetje een gedurfde vraag: is het daarnaast ook niet een beetje aan de vrouwen zelf om zichzelf zichtbaar te maken en zich niet te terughoudend op te stellen? Daar is Mercedes inderdaad van overtuigd: dat maakt volgens haar ook deel uit van de bewustwording binnen het bedrijf, dat probeert hen de vele mogelijkheden te tonen. Toen ze General Manager werd, was ze zowat de eerste vrouw in die rol, en hetzelfde gebeurde toen ze Vice-President Marketing werd. Het wordt vaak gevraagd: hoe heb je dat eigenlijk voor elkaar gekregen? ‘Dan antwoord ik dat ik me heel vaak kandidaat gesteld had voor de moeilijkste jobs, omdat deze volgens mij de mooiste kansen bieden om te groeien. En je krijgt zo veel ervaring in je rugzak, je wordt voortdurend uitgedaagd en je bouwt sterke partnerschappen en netwerken op. Je krijgt begrip en empathie voor mensen die anders zijn dan jijzelf en met wie je samen iets kunt opbouwen. Vrouwen moeten durven te zeggen: ik wil die moeilijke job. Dat is dé gelegenheid om te groeien en jezelf bloot te geven, met als resultaat dat je veel sterker wordt. Wees daar niet bang voor, is mijn advies.’
De kracht van vrouwen
We vragen of vrouwen zich in dit verband misschien laten tegenhouden worden door angst. Daar heeft Mercedes wel een antwoord op: ‘Ik mag niet veralgemenen, maar de vrees om niet perfect genoeg te zijn speelt inderdaad vaak mee. Vandaar dat er meer rolmodellen nodig zijn om duidelijk te maken dat je gerust jezelf mag zijn en toch een mooie carrière kunt hebben.’ Stereotypes zijn wederom niet nodig: ‘Toen ik Vice President werd, kwam ik in een managementteam terecht waar ik de enige vrouwelijke Vice President was. Ik vraag me dan vooral af: hoe kan ik hier iets bijdragen? Angst omwille van je vrouw-zijn is helemaal niet nodig: het gaat om wat jij kunt bijdragen aan het team van collega’s en om het helpen en leren van elkaar. Gebruik je eigen kracht die je als vrouw waarschijnlijk geërfd hebt: je vermogen tot samenwerken, bijvoorbeeld, is heel belangrijk in een managementteam. Delegeren ook, en mensen die het verdienen een pluim geven en alle neuzen in dezelfde richting krijgen. We hebben als vrouw zo veel bij te dragen! Haal jezelf niet naar beneden omdat je ‘anders’ bent – integendeel: je brengt dingen met je mee die goed zijn om het doel te bereiken.’ We trekken de parallel met het runnen van een gezin en het combineren van carrières als partners: ook daarbij komen al deze skills van pas. Dat klopt wel, volgens Mercedes: ‘Wij vrouwen zijn eigenlijk nooit nergens bang voor: we stropen gewoon onze mouwen op en doen wat nodig is!’
Netwerken of thuiswerken?
Voor Mercedes is het elkaar leren kennen sowieso belangrijk. Netwerken dus. Vandaag de dag zijn er tal van vrouwelijke netwerkorganisaties, zoals Pleiades bij Atlas Copco, Exectly for Women bij KPMG, etc. We vragen haar wat zij ervan vindt dat er binnen organisaties en bedrijven een apart hokje ‘vrouwen’ bestaat. Er volgt een uitgesproken antwoord van onze Vice President. ‘Ja’, zegt ze, ‘we moeten elkaar natuurlijk eerst kennen en dan pas ontdekken wat we voor elkaar kunnen betekenen. Dat is absoluut belangrijk om van een succes te kunnen spreken. In bedrijven zijn er zo veel verschillende netwerken, en die zijn goed.’ Maar zijzelf zit het liefst in netwerken die zo divers mogelijk zijn: ‘Ik heb diversiteit nodig om alle uitdagingen het hoofd te kunnen bieden, en dus wil ik zo veel mogelijk verschillende soorten mensen rond de tafel
Het D&I-netwerk waarvan ik ambassadrice ben, is een wereldwijd netwerk van mannen en vrouwen door elkaar, met ambassadeurs en ambassadrices, en er zitten ook (vooral mannelijke) General Managers tussen, alsook (vooral vrouwelijke) HR managers, maar uiteindelijk is het een erg gemengde groep. Ik geloof in de kracht hiervan. Ik zou het trouwens maar vreemd vinden dat er een netwerk bestond waar ik geen deel van mag uitmaken. Ik zou me uitgesloten voelen en ik wil niet dat anderen zich ook zo voelen. Want ik geloof in de unieke kracht van elkeen, en niet in hokjes. Als je allerlei soorten mensen toelaat, sta je altijd versteld van de magie die ontstaat als ze worden gewaardeerd om wie ze zijn.’
‘We zijn getuige geweest van enorme veranderingen in hoe we samenwerken en die de discussie en mogelijkheden openen.
Ik wil vooral die laatste hierin zien. Virtueel werken heeft vele voordelen, en voor mij is het zelf verantwoordelijkheid nemen in je werk het belangrijkste. Het is een openbaring, en we moeten hierop voortbouwen. Als je bang bent om kansen te missen omdat je mensen niet meer in het echt voor je ziet, zou ik voorstellen om allereerst tijd te maken om te netwerken. Of je dit nu face-to-face doet of via de computer kies je zelf. Maar maak een goede combinatie van beide. Zorg dat je hier een plan voor hebt. Bepaal wat je van andere teams nodig hebt, geef hen de kans jou te leren kennen en gebruik het beste van beide manieren om dit te doen – beperk je niet tot één. Doe het liever face-to-face wanneer je iemand nog niet kent, en via de computer als je de mensen wél kent, want dit laatste is zó efficiënt!’
De toekomst is hybride
Daar zijn we het mee eens: vroeger was het not done om te vergaderen via, pakweg, Whatsapp en er werden heel wat kilometers gevreten om elkaar – soms voor eventjes maar – in het echt te kunnen spreken. Maar gaat het nu toch niet een béétje te snel, willen we van Mercedes weten. Volgens haar draait het, zoals bij alle transities, om evenwicht. ‘Deze keer was het een abrupte verandering omdat we geen andere keuze hadden, maar intussen zijn er alternatieven. We kunnen kiezen voor een goed uitgebalanceerde hybride manier van werken, in functie van onze eigen noden: ontmoet je in je job voortdurend nieuwe mensen, dan zal jouw aanpak anders zijn dan wanneer je altijd samenwerkt met mensen die je heel goed kent. Of als je nieuwe producten ontwerpt en creatief moet zijn, zul je sneller tot resultaat komen in een groep mensen die bij elkaar komen dan via de virtuele weg. Ik denk echt dat je je moet aanpassen en even moet terugkijken naar wat we de voorbije twee jaar geleerd hebben, en wat wel en niet goed werkt. De mogelijkheden zijn er nu, dus maak er gebruik van! Bij Atlas Copco zeggen we altijd: there is always a better way. En dat is wat ons voortstuwt.’ We grappen nog dat we over enkele jaren onze avatar naar meetings kunnen sturen, maar die realiteit zou er volgens de laatste informatie wel degelijk aankomen.
Bucketlist
Dat blijkt zelfs een heel lange lijst te zijn, met bovenaan de wens om ooit schrijfster te worden. Haar man moedigt haar al jaren aan om eraan te beginnen, maar zoals te voorspellen, heeft ze er voorlopig nog geen tijd voor. Ze wil zich bovendien niet tot één onderwerp beperken: het zouden er veel zijn: ‘Diversiteit, om te beginnen, maar dan heel tastbaar en persoonlijk, vertrekkende van mijn eigen reis ernaartoe: wat ik heb geleerd van mijn verblijf in verschillende landen met verschillende culturen en hoe dit mij gevormd heeft tot de mix die ik nu ben. En hoe dit mij verrijkt heeft in het beter begrijpen van anderen.’
Ook heel hoog op het lijstje staat het oprichten van een nieuw internationaal netwerk rond diversiteit, met mensen met verschillende profielen en troeven. Waar iedereen met elkaar van gedachten kan wisselen op een authentieke manier en elkaar kan helpen om zijn of haar project op te bouwen wanneer ze daarnaar streven. ‘Ik zou dankzij mijn ruime ervaring hierin als mentor kunnen optreden. Een expat, bijvoorbeeld, kan hulp krijgen van iemand die jaren als expat geleefd heeft om de juiste beslissingen te nemen, enzovoort. Elk van ons is wel expert op een of ander domein waar een ander minder kennis van heeft. Waarom zouden we dit kapitaal aan kennis niet op een positieve, productieve manier gebruiken?’, zegt Mercedes. Bij Atlas Copco zit ze alvast gebeiteld, want daar loopt veel volk met veel kennis rond: ‘Ja, ik heb hier inderdaad veel vrienden die elkaar al heel lang kennen en al heel wat jaartjes meegaan in het bedrijf.’
Maar ook de nieuwe generatie zou heel goed kunnen profiteren van wat deze ‘anciens’ hen te bieden hebben. ‘Stel je voor hoe krachtig het zou zijn als je dit wereldwijd zou aanpakken?’
Tekst: Schrijfgerief (Belinda Bruzzese)
Fotograaf: Gil Plaquet